Heian Shodan

Heian Shodan betekent “Vreedzame geest één”. Heian Shodan is de 5e kata. Deze kata bestaat uit 21 bewegingen en duurt ongeveer 1 minuut. Het patroon is in de vorm van een I. In Karate-do Kyohan staat deze kata beschreven vanaf pagina 11. Er bestaat een uitstekende instructie DVD meester Ohshima and Mina Choi die te verkrijgen is bij Shotokan Karate of America.

Er bestaat nog een opname uit 1924 waarin Gichin Funakoshi deze kata uitvoert.

Ook interessant is onderstaande demonstratie van Tomoji Miyamoto in het bijzijn van Shigeru Egami de oprichter van Shotokai. Net als meester Oshima was hij één van de pupillen van meester Funakoshi.

Onderstaand filmpje is handig om de kata te leren. Vervolgens moet je deze kata zelf bestuderen aan de hand van het boek en tijdens de trainingen.

In Notes on Training wordt deze kata beschreven vanaf pagina 13. In het vervolg presenteren we enkele van de belangrijkste opmerkingen van meester Ohshima.

Heian Shodan is één van de eenvoudigste kata’s. Toch blijven ook de grote meesters deze kata hun hele leven oefenen. Elke keer ontdekken ze weer iets nieuws. Dus denk niet “Oh, moeten we deze kata nu al weer doen?”, maar probeer telkens een nieuw element in de kata te ontdekken waarop je je kunt richten.
Maak deze kata met een groot en dynamisch gevoel.

Benadruk de eerste beweging (gedan barai). Terwijl je in de natuurlijke stand (shizentai) staat hou je alle richtingen in de gaten. Als je van start gaat, ga je met je gevoel in de tegenstander. De gedachte komt eerst, daarna je ogen en je heupen en ten slotte de stap, het blok en de terugtrekkende hand (hikite) tegelijk. Denk er om dat de heupen niet draaien; zij openen zich naar links. De achterste voet draait naar links terwijl je instapt. Als de hiel of de zijkant van deze voet los komt van de grond, dan staat die niet goed.

Denk in de rest van de kata om drie punten die ook belangrijk zijn voor de kyu-tests:

Sta met een stevige achterste been. Richt de tenen naar voren. Maak lage senkuzu met de heupen bijna op knie niveau. Plaats het meeste gewicht op het achterste been.
Kijk recht voor je uit, zodat je zowel de tegenstanders vóór als opzij van je in de gaten kunt houden. Kijk niet naar de grond. Voel de tegenstander achter je voordat je een draai maakt. Je ogen zijn de spiegel van je ziel. Vrees niet, zodat je een sterke indruk op je tegenstanders maakt.
Maak een goede hikite. Breng je vuist naar je heupbot en hou de onderarm enigszins gespannen.
Tussen de eerste en de tweede aanval van de vier aanvallen (bewegingen 14, 15 en 16) zit een iets langer pauze dan tussen de tweede en derde. Maak deze aanvallen echter wel met één gevoel.